“Ik gun ons nu allemaal de rust om meer aandacht te kunnen geven aan integratievraagstukken en onderwerpen als onderwijs en zorg.”
Het COA werkt met het Rijk, de provincies en gemeenten aan gezamenlijke opgaven rondom asiel. Dit doen we met de Landelijke Regietafel migratie & integratie (LRT) en de twaalf Provinciale Regietafels (PRT’s) . “Het doel van de LRT is afstemming, signalering en het bespreken van prognoses en knelpunten in de realisatie en hoe je die samen het hoofd biedt. Formeel dus niet sturen. Maar als je er afspraken maakt, dan kom je die uiteraard na, net als in andere ketenoverleggen”, legt Huub uit.
Eerste opdracht voor acute noodopvang
Eind 2021 zijn er sterke signalen dat de asielopvang in nood verkeert. Stokkende uitstroom en hogere instroom maken dat het COA veel opvangplekken tekort gaat komen. Het kabinet ziet zich daarom genoodzaakt een aanwijzing te geven voor acute noodopvang aan 3 gemeenten en 1 regio. Toenmalig staatssecretaris Ankie-Broekers-Knol zei daarover: “De afgelopen periode is er heel hard gewerkt door gemeenten en provincies om extra opvangplekken te realiseren. Daar zijn we ze als kabinet heel dankbaar voor. Maar er is meer nodig. Ik begrijp dat het voor de gemeenten die de aanwijzing krijgen, een moeilijke boodschap is. Helaas is dit echt het laatste redmiddel om crisisnoodopvang te voorkomen.”
Blauwdruk voor opvang Oekraïne
Mede doordat een aantal maatregelen effect sorteert, begint 2022 relatief rustig. Maar dat verandert snel met de inval van Rusland in Oekraïne. Huub; “Gelukkig was er in vredestijd al een handreiking gemaakt voor de mogelijke inzet van crisisnoodopvang. Gemeenten kunnen die snel toepassen op de opvang van Oekraïners. De laatste stap van de opschaling van de asielopvang, waarvan je hoopt dat het nooit nodig is. Maar dat was het wel. Van woensdag- op donderdagnacht valt Rusland Oekraïne binnen en na een paar dagen gaan de eerste 5 noodopvanglocaties open. Het COA loopt daarbij voorop. Tegelijk is onze boodschap: het COA kan de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne er niet bijdoen. Dat is heel erg om te moeten zeggen, want wij zijn de organisatie die vluchtelingen opvangt, waar ze ook vandaan komen”. Later blijkt dat de juridische status van de Oekraïners anders wordt dan die van ‘reguliere’ asielzoekers. Ze krijgen een tijdelijke status en zijn daarmee geen asielzoeker. De opvang wordt geregeld door gemeenten, onder aansturing van de veiligheidsregio’s.
‘Dit gaat het COA niet redden’
“De afspraak is dat we de LRT-leden op de hoogte houden van prognoses en realisatie van opvang, huisvesting en integratie. Dat is ook steeds gedaan, maar we kwamen wel tot de conclusie: dit gaat het COA op deze manier niet redden.” In juni moet het COA formeel zeggen: we kunnen onze taak niet meer volledig uitvoeren. Het leidt tot het opzetten van de landelijke crisisstructuur gericht op de doorstroom in de migratieketen. Huub: “Het is nodig dat de veiligheidsregio’s inspringen, zoals ze ook doen bij andere crisissen, zoals bij brand of een dijkdoorbraak. Crisisnoodopvang is dan essentieel om iedereen een bed te bieden. Het kabinet besluit tot een bijstandsverzoek van de minister van JenV aan het Veiligheidsberaad, dat wordt gehonoreerd."
Extra sturingslijn naar kabinet
Door de landelijk crisisstructuur opent zich een nieuw speelveld. “Bij een crisis krijg je ook meer bemoeienis. Je moet meer en vaker verantwoordelijkheid afleggen en meer overleggen en informeren. Er komt een extra sturingslijn op gang naar het kabinet met allerlei afstemmingsgremia ertussen. En met Milo Schoenmaker, later ook Peter Bos, en de minister van Justitie als belangrijke schakels. Maar naast meer informeren, overleggen en verantwoordelijkheid afleggen, moet ook het dagelijks werk in de opvang en begeleiding van asielzoekers doorgaan”, zegt Huub.
Provinciale couleur locale
Het is wat betreft netwerk echt even bijschakelen. Huub licht toe: “Als je kijkt naar de bestuurlijke kaart van Nederland, dan zie je dat we 12 provincies hebben, 342 gemeenten en 25 veiligheidsregio’s. In een provincie als Flevoland met 6 gemeenten en 1 veiligheidsregio is dat behoorlijk overzichtelijk. Maar kijk je naar andere provincies, die veel meer gemeenten en veiligheidsregio’s bevatten, dan krijg je een ander plaatje. In het ene geval is een burgemeester de voorzitter van de Veiligheidsraad die ook aan de PRT zit. Andere keren zaten collega’s met meer onbekenden aan tafel. Als je elkaar kent, dan loopt het makkelijker, dat is overal zo.”
Tussen papier en praktijk
Op papier zijn de veiligheidsregio’s leidend bij de crisisnoodopvang (CNO). “Afspraak was dat het COA de mensen naar de CNO brengt. Maar in de praktijk loopt dat anders en doen we als COA veel meer. Dat is bestuurlijk een zoektocht, maar ondertussen lossen we in de uitvoering dingen op. Dat zijn soms twee verschillende werelden. Ik wil benadrukken dat we heel blij zijn met de hulp van de veiligheidsregio’s en de gemeenten. Zij hebben zonder ervaring 90.000 Oekraïners opgevangen. Sinds de Tweede Wereldoorlog en misschien zelfs wel de Eerste Wereldoorlog hebben gemeenten nog nooit voor zo’n opgave gestaan. Ik geef het je te doen wat gemeenten hebben gedaan.”
Inboeten op kwaliteit
In de crisisnoodopvang is de kwaliteit van de opvang lager en tijdens de piek in de zomer lukt het niet meer om bewoners in beeld te krijgen en te houden. Dat is een uitdaging voor alle ketenpartners. Ook moeten bewoners steeds verhuizen naar een andere locatie. Dat is dan weer een enorme uitdaging voor de collega’s van bewonerslogistiek. “Er was door de crisis dan ook te weinig aandacht voor integratie van asielzoekers”, aldus Huub; “Ik gun ons nu allemaal de rust om meer aandacht te kunnen geven aan integratievraagstukken en onderwerpen als onderwijs en zorg, daar hebben we ook vaak voor geknokt.”
Van overleg naar besluitvorming en actie
Huub: “We willen ook af van allerlei extra aansturingskolommen, onderraden en terug naar de LRT en PRT- structuur, zodat die hun werk goed kunnen doen. Voorjaar 2023 werken we uit hoe PRT’s een stevigere rol kunnen spelen in opvang, huisvesting voor statushouders, vroegtijdige integratie en wellicht ook in de opvang van Oekraïners. Daar hebben ze een duidelijke opdracht met mandaat en middelen voor nodig, ook voor de toekomstige uitvoering van de zogenaamde ‘spreidingswet’. De aanpak en ondersteuning is per provincie heel wisselend. Op zich prima, ook vanuit de verschillen, die couleur locale per provincie. Maar het is wel belangrijk dat PRT’s kunnen doen wat we van ze verwachten. Voor de zomer willen we in de LRT Migratie het eerste plaatje daarvoor neerleggen. We hopen dat de frequentie van de LRT weer omlaag kan, van maandelijks naar weer 4 keer per jaar. En dat we tegelijk nog slagvaardiger en integraler met elkaar kunnen werken.”