Wat doet een casemanager in een azc?
“Ik geef voorlichting aan bewoners over onder andere hun asielprocedure en inburgering, en ondersteun hen daarbij. Dat doe ik in alle fases van hun proces. Van voordat ze bij de IND een asielaanvraag doen tot en met de fase na de beslissing van de IND.”
Hebben asielzoekers veel werkervaring?
“De mensen die ik begeleid zijn allemaal volwassen en de meesten werkten in het land van herkomst of in een tussenland. Er zijn wel verschillen tussen de diverse groepen. Zo zie ik vaak vrouwen uit het Midden-Oosten en Afrika die alleen in het huishouden hebben gewerkt. Het verschilt ook per regio: in de stad werken vrouwen vaker dan op het platteland. Opleidingsniveau en werkervaring in land van herkomst zijn zeer divers. Van dokters en advocaten tot en met stukadoors en zorgmedewerkers. En opvallend veel kappers. Bewoners vertellen dat ze kapper werden omdat ze in hun eigenlijke beroep geen werk konden vinden.”
Waarom werken relatief weinig mensen die in een asielprocedure zitten?
“Als ik dat aan werkgevers vraag, krijg ik antwoorden als: ‘Asielzoekers hebben geen burgerservicenummer (BSN)’, of: ‘Een tewerkstellingsvergunning aanvragen bij UWV duurt te lang.’"
Is het lastig om als asielzoeker aan het werk te gaan?
“Als je 6 maanden in Nederland bent, heb je recht op een BSN. Maar er is een steeds grotere achterstand bij de aanvraagprocedures. En het aanvragen van een tewerkstellingsvergunning bij UWV duurt ook lang. Werkgevers hebben dus gelijk als ze daarover klagen en ik snap dat ze geen zin hebben in bureaucratisch gedoe. Maar ze staan te springen om personeel. En onze bewoners willen graag bezig zijn, hard werken en voor hun achtergebleven gezin zorgen met het geld dat ze verdienen.”
Stand van de Uitvoering
Het COA heeft de Stand van de Uitvoering aan de Tweede Kamer aangeboden. Hierin staan de belangrijkste knelpunten uit de dagelijkse praktijk en de oplossingsrichtingen voor verbetering. Een van de knelpunten is het gebrek aan werkmogelijkheden voor asielzoekers. Terwijl het bieden van werkmogelijkheden veel voordelen oplevert voor zowel asielzoekers, de opvang als de samenleving. Daarom streeft het COA ernaar dat in 2026 een groot deel van de asielzoekers een betaalde baan heeft.
Wat doet het noodgedwongen nietsdoen met asielzoekers?
“De bewoners vinden het heel frustrerend, want ze willen heel graag werken en de Nederlandse taal leren. Mensen dreigen door dat nietsdoen in een negatieve spiraal terecht te komen: ze blijven op bed liggen, draaien hun dag- en nachtritme om en krijgen depressieve klachten door de uitzichtloosheid van hun situatie.”
Wat is de oplossing?
“Het belangrijkste is dat de achterstand voor de inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP) wordt weggewerkt, zodat asielzoekers sneller een BSN kunnen krijgen. Momenteel wachten zo’n 18.000 asielzoekers nog op een BSN. Verder moet de procedure voor het toekennen van een BSN worden versneld. Er is al een spoedprocedure. De werkgever moet dan een tewerkstellingsvergunning aanvragen bij UWV en de asielzoeker een contract aanbieden. Het COA kan dan versneld een BSN aanvragen.”