Zo’n 10 bewoners steken namelijk al geruime tijd de handen uit de mouwen voor een geheel nieuwe traditie: samen met leden van carnavalsvereniging De Flausmause uit Budel bouwen ze mee aan een aantal praalwagens. Deze rijden komende week mee in diverse optochten in Budel en wijde omgeving, tot in België aan toe. Als dank komt De Prins carnaval vieren ‘bij de bouwers thuis’.
‘Leef’
Om circa kwart voor 10 is het zover: Prins Bart d’n Urste wordt met zijn medeprinsen onder luid gejuich en met een stevige carnavalsbeat door circa 130 bewoners onthaald. En al snel blijkt dat ‘Links, Rechts’ van de Snollebollekes en ‘Leef’ van André Hazes junior onder Eritreeërs en Syriërs net zo populair is als onder Nederlanders. Na het welkomstwoord, diverse polonaises, korte speeches en het maken van selfies, zingt Antonio uit Sierra Leone ‘La bamba’ en zingt de Afrikaanse Ritah ook nog een lied uit haar moederland. Vervolgens ontstaat er een grote kring waarbij de diverse prinsen, bewoners en COA-collega’s een traditionele dans opvoeren.
Ondertussen in Budel…
In de bouwloods waar de carnavalswagens in de steiger staan, is het ook een gezellige drukte. Overal zie je kleur en hoor je tikkende hamers en zo nu en dan het geluid van een schaafmachine. Alles wordt overzien door Bert Verhees van carnavalsvereniging De Flausmause. Hij al 43 jaar de drijvende kracht achter de bouw van vele mooie praalwagens. Tussen de leden van de carnavalsvereniging en bewoners van het Thomashuis, die elk jaar enthousiast met hun eigen wagen meedoen in de optocht in Budel-Schoot, lopen ook in totaal 10 bewoners van het azc. Zij werken ijverig mee aan onder andere een 34 meter lange praalwagen.
Niet alleen dit jaar
Gemeentemedewerker Noud van Leeuwen van de gemeente Cranendonck trad op als contactpersoon tussen het COA en de carnavalsvereniging. Dat resulteerde in groot enthousiasme onder diverse bewoners van het azc. “Maar ik kon er maar 4 in mijn auto meenemen, vandaar dat het een beetje passen en meten is wie er vanuit het azc mee kunnen naar de bouwhal waar aan de praalwagens gewerkt wordt.”
Maar dat de medewerking aan de bouw van de praalwagens en de viering van carnaval niet tot dit jaar beperkt blijft, lijkt nu al vrijwel zeker.