Waarom start het COA nu met het project Rolmodellen?

“Ik werk sinds 2014 voor het COA. De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor het belangrijke aspect ‘hoe kunnen bewoners hun wachttijd bij het COA zo goed mogelijk benutten?’ De afgelopen jaren is er steeds meer interne en externe aandacht gekomen voor de vroege integratie en participatie. Wachttijd is daarmee omgezet in voorbereidingstijd op een toekomst in Nederland, met actieve ondersteuning vanuit het COA. De inzet van rolmodellen wordt daar nu een onderdeel van.”

  • Guy Loth
    Guy Loth © Kees van de Ven

Wat wil je vooral bereiken met dit project Rolmodellen?

“De rolmodellen zijn oudkomers, zij hebben nu hun plek min of meer plek verworven in Nederland en zijn ervaringsdeskundigen. Zij gaan hun kennis en ervaringen delen met nieuwkomers, zodat die van hen leren, geïnformeerd raken en inzien welke mogelijkheden er voor hen zijn. Een van de opbrengsten van het project zal zeker zijn in hoeverre de inzet van rolmodellen onze begeleiding structureel kan versterken. Daarom zoeken we bewust aansluiting bij bestaande activiteiten op locaties, zoals al geplande groepslessen, bijeenkomsten en trainingen.”

Waar heb je - samen met NDC/New Dutch Connections - vóóral op gelet bij de selectie van de rolmodellen?

“We hebben vooraf onderzoek gedaan naar de werkzame principes van de inzet van rolmodellen. Daaruit bleek dat geschikte rolmodellen ervaring en deskundigheid moeten hebben, en ook goed moeten kunnen reflecteren. Statushouders in de azc’s moeten zich kunnen identificeren met een rolmodel. Een geschikt rolmodel moet de verbinding kunnen leggen tussen ‘participeren in de opvang’ en ‘integreren in de Nederlandse maatschappij’.

In totaal hadden we 60 aanmeldingen. Samen met New Dutch Connections hebben we in de profielschets de gevraagde competenties en gewenste houding benoemd en gekeken naar voldoende betrokkenheid bij het doel van het project. Ook hebben we gekeken wat de meest voorkomende landen van herkomst in de opvang zijn, naar een goede verdeling van mannen en vrouwen en een bredere leeftijdsverdeling.”

Hoe ga je de rolmodellen inzetten op de diverse azc-locaties, in deze onduidelijke en onvoorspelbare coronaperiode?

“We houden ons uiteraard aan de strikte richtlijnen van het kabinet en het COA zelf. Dat betekent dat we de rolmodellen vooral online inzetten, en ze zoveel mogelijk inzetten tijdens bestaande activiteiten en al geplande bijeenkomsten op de locaties. Zodat het gewone, dagelijkse proces op een azc-locatie zoveel mogelijk doorgaat, en wij daarop inhaken en aansluiting zoeken."

Heb je vroeger zelf ook een rolmodel gehad? Wie was dat en waarom?

“Ik heb hier vrij lang over nagedacht en kom dan toch bij mijn oma uit, de moeder van mijn vader. Zij heeft misschien wel onbewust een grote invloed op mij gehad. Zij was een soort oermoeder. Een stevige vrouw die wat er ook gebeurde alles aan leek te kunnen. En die tegelijkertijd ook eerlijk en direct was, en lekkere droge humor had. Wat er ook op haar pad kwam, er was ook altijd weer een morgen. En dat ging nooit gepaard met een klacht. Ze straalde een enorme kracht uit, en dat maakte indruk op mij."

Meer informatie

Neem voor meer informatie contact op met projectleider Guy Loth of projectsecretaris Dorine van Geijn, via het e-mailadres AMIF-rolmodellen@coa.nl.

Dit project is mede mogelijk gemaakt door een subsidie uit het Europese Asiel-, Migratie- en Integratie-fonds (AMIF).

Rolmodellen
© COA

Videopresentatie: rolmodellen Moska, Haroon en Sako

Moska, Haroon en Sako zijn 3 van de ongeveer 30 rolmodellen die het COA in 2020 en 2021 inzet als rolmodel. Zij zijn zelf al ingeburgerd in ons land en werken en/of studeren volop. Tijdens ons AMIF-project Rolmodellen inspireren zij statustushouders in de azc's over hún toekomstmogelijkheden in Nederland.

Bekijk de videopresentatie over rolmodellen
COA-medewerkers trainen rolmodellen

COA-medewerkers trainen rolmodellen

Theo van Lin en Biserka Kreso van het COA bereiden rolmodellen voor op hun - online - presentaties in de azc’s. "Het hebben van inburgeringservaring maakt je nog geen ervaringsdeskundige. Het is onze rol als trainers om onze theoretische kennis te koppelen aan hun praktijkervaring. Zo maken we de rolmodellen bekwamer, waardoor ze de statushouders in de azc’s beter kunnen ondersteunen." 

Logo New Dutch Connections
© NDC

Jan Pirot (New Dutch Connections) over selectie rolmodellen

“Bij de selectie viel op hoeveel voormalige azc-bewoners zich in wilden zetten voor nieuwkomers die nog in een azc wonen. Hun motivatie spatte er echt van af. Een rolmodel is geschikt als hij al flink wat stappen heeft gezet in zijn integratieproces. Veel rolmodellen studeren of werken in Nederland, wat veel nieuwkomers ook willen bereiken.”