Het COA en het ministerie van Sociale Zaken zijn hier ook bij betrokken. De Amsterdamse aanpak richt zich op het zo vroeg mogelijk inzicht krijgen in de kwalificaties en talenten van zogenoemde statushouders die naar de stad komen. Ook moet er zicht komen op welke banen beschikbaar zijn in de stad. Zo zijn onder meer de zorg, ICT en horeca geschikte branches om aan de slag te gaan. De nieuwkomers doen een test, waardoor eerder duidelijk wordt wat hun talenten, motivatie, taalniveau, werkervaring, opleiding en psychische en lichamelijke gesteldheid zijn.
Het convenant is ondertekend door bedrijven en scholen als Randstad, ROC van Amsterdam, Albert Heijn, Hogeschool van Amsterdam en Horeca Nederland. De hoofdstad verwacht dat zo'n zeshonderd statushouders de test kunnen doen en dat vijfhonderd van hen in aanmerking komen voor een taaltraining.